Een strook wit papier is aan de voorkant zwart geschilderd en aan de achterkant oranje. Op een speciale schuine wijze wordt deze strook gescheurd langs een rechte lijn. Er ontstaat twee stroken waarvan de scheur lijnen elkaars spiegelbeeld zijn als een strook omgedraaid wordt. Deze stroken worden gespiegeld naast elkaar op een vel papier gelijmd. Tussen de witte ( van het witte papier) scheurlijnen is de kleur van de achterzijde te zien oranje.Deze werkwijze wordt herhaald tot het vel papier vol is.Het uiterlijk van de scheurlijnen wordt bepaald door de papier kwaliteit, papier dikte, kwaliteit en kleur van de verf, de techniek van het scheuren (afwijking van de rechte lijn) en de wijze waarop de scheurlijnen naast elkaar gelijmd wordt.
Op de achterzijde is het werk gesigneerd.
Thema's van Nico Kok zoals gebruik van materiaal eigenschappen, hoe is het werk gemaakt, beeld/spiegelbeeld, voorkant/achterkant, vertikale lijnen,vierkant,links/rechts komen terug in dit werk.